Maris Coppoolse, een 59-jarige Zeeuw, heeft een expositie in het Stedelijk Museum waarvoor veel belangstelling is. Dan verschijnt er een artikel in een tijdschrift dat de tragische gebeurtenis uit zijn jeugd beschrijft. Toen hij 14 jaar was is door zijn toedoen een meisje van 14 jaar, Matty, om het leven gekomen. Zijn leven nam vanaf dat moment een dramatische wending. Zijn ouders verhuisden naar Rotterdam. Hijzelf ging na zijn tuchtstraf naar Amsterdam. Hij was verlegen, zwijgzaam, maar vond in tekenen zijn rust. In Amsterdam ontmoette hij de jonge galeriehouder Oscar. Kort daarna vertrekt hij, depressief, naar New York, waar hij vijf jaar blijft. Op zijn 39e ontmoet hij Fran, met een dochter van vijf en een zoon van drie. Met haar is hij twintig jaar samen. De traumatische gebeurtenis kan hij echter nooit van zich af zetten. De verwijdering van zijn ouders en zijn geliefde Zeeland, zijn bindingsangst, het gevoel achtervolgd en bespied te worden. Al zijn emoties en gedachten worden indringend met directe, treffende bewoordingen beschreven en als een schilderij opgebouwd. Winnaar Boekenbon Literatuurprijs 2020. Met zijn vorige roman, 'Pier en oceaan'*, won De Jong (1952) in 2013 zowel de Gouden Uil Literatuurprijs, als de Zeeuwse Boekenprijs en de F. Bordewijk-prijs.
*2016-42-0612 (2016/46). Verkozen tot DWDD boek van de maand september 2019.