'Zullen we een bos beginnen?', 'Is al het water ooit verdriet geweest?'. Veel van de 24 gedichten in deze uitgave beginnen met een vraag of een licht filosofische gedachte, eenvoudig verwoord, die uitnodigt tot nadenken. Verwonderend naar de wereld kijken en met een frisse blik gewone dingen bezien - fotolijstjes, knievelletjes, sokken - of in een heel ander daglicht zetten: de auto die na de vakantie verliefd is op de caravan. Maar ook een gedicht over een Turks meisje in de klas dat na de vakantie opeens een hoofddoek draagt. De gedichten zijn over het algemeen kort, rijmen op verschillende plekken en nieuwe woorden of uitdrukkingen worden niet geschuwd. De auteur is ook cabaretier, schreef eerder de bundels 'Twee vliegen' (2004) en 'De nacht krekelt' (2007) en is stadsdichter van Nijmegen. De sprankelende zwart-witte potloodtekeningen van Benjamin Leroy illustreren de gedichten en vullen de bladzijden vaak volledig. De tekeningen bij het titelgedicht worden vier keer in steeds dichtere gedaante herhaald; tot slot is er een echt bos ontstaan. Heruitgave in iets groter formaat. Voor taalgevoelige kinderen vanaf ca. 7 t/m 11 jaar. Genomineerd voor de Gouden Uil voor de Jeugdliteratuur.