Zoeperman heeft een hemelsblauwe fiets met witte banden, knalrood stuur en een knalrode kar hangt erachter, kortom: een Zoeperfiets! Met zijn buurmeisje Zofietje in de kar zoeft hij door de straten. Plotseling komt er een gevaarlijke hond op hen af rennen en moet Zoeperman alles uit de kast halen om deze hond van het lijf te houden. Als de hond daarna wordt aangereden en de dader doorrijdt, ontfermen ze zich over het dier en nemen hem mee in de kar naar de buurman, die dierenarts is. Vierde deel over het jongetje Zoeperman. Met name de afloop, waarin Zoeperman en Zofietje zich over de hond ontfermen, is onverwacht aangezien deze zich eerst zo agressief gedroeg. Het verhaal is voorzien van grote cartoonachtige, kleurenillustraties die de tekst aanvullen. Soms beslaan ze een dubbele pagina. Op de omslag zit Zoeperman op zijn fiets. De tekst laat zich goed voorlezen aan kinderen vanaf ca. 4 jaar.
*'Zoeperspin', 2013-03-1458 (2013/23).