De auteur (1959) beschrijft de conservatieve studentenverenigingen zoals Minerva in Leiden en Vindicat in Groningen. Het sluitstuk van een trilogie* over het villadorp Berkheij (Wassenaar). Zoals in de twee voorgaande delen, 'Havo is geen optie'* (ambitieuze ouders) en 'Wat doen we met moeder'** (levenseinde), graaft zij diep in de zeden en gewoonten van de betere stand van het land. Als voormalig lid van de studentenvereniging Minerva is het verhaal voor een groot deel uit eigen ervaring geschreven, maar het is niet autobiografisch. De hoofdpersoon, de weinig presterende rechtenstudent baron Dirk Larrey, veroorzaakt zwaar letsel bij een feut. Dat moet worden weggepoetst omdat dat in zijn kringen nou eenmaal 'niet heurt'. Vervolgens raakt hij verliefd op moslima Yasmin, wat leidt tot een verhaal over talrijke wederzijdse vooroordelen. Uitermate levendig en toegankelijk geschreven vanuit de perspectieven van de tegengestelde etnische groepen. Het leesgenot wordt afgerond met een enigszins zoet einde. *2014-27-1438 (2014/43), **2015-46-5748 (2016/19).