Deze gedichten van Abdelkader Benali (1975) lezen als stukjes proza. Elk gedicht vormt een duidelijk verhaal, zoals zijn verzen over steden en pleinen, bijvoorbeeld 'Leeuwarden': 'Vrouwen twee keer zo groot als de mannen / Mannen twee keer zo groot als dit gedicht'. En het gedicht 'Boxmeer' opent hij met: 'Ik kon mij niet herinneren ooit in Boxmeer / te zijn geweest totdat ik het mij weer herinnerde'. Zijn zes-bladzijden lang gedicht over Rotterdam toont een soort van 'kort poëtisch verhaal'. Alle gedichten zijn vrij positief, soms zelfs vrolijk. Met deze bundel wil Benali duidelijk iets zeggen. Is het een altijd levende hoop op een beter leven, of bedoelt hij te zeggen dat het nu is zoals het moet zijn. Immers, er spreekt tevredenheid en hier en daar zelfs dankbaarheid, bijvoorbeeld in het gedicht 'Ode aan de vrijwilliger'. Van deze dichter mag geen vernieuwende poëzie worden verwacht, maar deze bundel sluit wel aan op de trend dat ook dichters begrijpelijk en aantrekkelijk kunnen schrijven.