Een oudere vrouw vertelt over de ontmoetingen die ze in een bepaalde periode heeft. Ze gaat naar New York om een studievriendin, die een kankerbehandeling ondergaat in het ziekenhuis, op te zoeken. Ze logeert via Airbnb bij een gastvrouw die moeite heeft met haar rol, gaat 's avonds naar een lezing van een arrogante journalist die later haar ex blijkt te zijn en denkt over het contact met haar oude buurvrouw thuis. De zieke is eerst vrij positief over de toekomst, schat haar kans op 50% omdat de behandeling lijkt aan te slaan. Maar als het later slecht gaat en ze terminaal is vraagt ze de vertelster om hulp bij het beëindigen van haar leven. Niet bij zelfdoding, dat is al geregeld, maar bij het regisseren van haar laatste dagen: verblijfplaats, reis, hotel, muziek enz. Schoorvoetend zegt de vertelster ja. Dit is de achtste roman van de Amerikaanse schrijfster (1951) wier vorige 'De vriend' ('The friend') werd bekroond met de National Book Award. Ook dit is een prachtige, goed vertaalde roman die vooral 50+ vrouwen aan het denken zal zetten over leven en dood, de zin van het leven, relaties, boeken, cultuur.