Annemieke vindt na de middelbare school een leuke baan op een makelaarskantoor. Op een feestje van de zaak ontmoet ze Mark, een mooie, charmante jongen op wie ze een beetje verliefd wordt. Aan de relatie komt een abrupt einde als Mark haar verkracht. Wanneer Annemieke zwanger blijkt te zijn, slaat ze zich door de moeilijkheden heen met hulp van Arjan Boersma, die behalve hulpverlener ook een vriend wordt. Het verhaal bevat veel lange monologen en onnatuurlijke dialogen. Vaak staccato taalgebruik, tangconstructies, veel niet ter zake doende details, onlogische gevolgtrekkingen en lange samengestelde zinnen met veel komma’s. Aan het slot blijkt duidelijk dat het verhaal nog niet af is, er volgt nog een tweede deel over Annemieke. Bij de vele liefhebbers van de auteur (1927) zal waarschijnlijk ook deze roman aftrek vinden.