Wonen tussen twee hekken van prikkeldraad, in een niemandsland (Sperrgebiet) van ongeveer 500 meter. Dat overkwam vroegere bewoners in een gebied tussen West- en Oost-Duitsland. De grootouders van Kati Naumann (1963) woonden in zo'n gebied. Zij besloot om een roman te schrijven waarin zij de ervaringen en de spanningen van die tijd wilde weergeven. De fictieve familie Dressel had al meerdere generaties een hotel in het Thüringer Woud. Na de oorlog bleek het hotel in zo'n afgesloten gebied te liggen en in 1977 werden zij gedwongen hun huis en hotel te verlaten. Milla is een alleenstaande moeder met een puberzoon. In haar vrije tijd gaat zij op zoek naar 'lost places' en schrijft daarover een blog. Op een dag ontdekt zij in het bos een verborgen kelder die nog vrij redelijk intact is. Zij vindt er een dagboek van ene Christine die nog moet leven. Milla weet haar op te sporen, samen gaan zij onderzoeken wat er destijds is gebeurd en zij doen verrassende ontdekkingen. Interessante roman, waarin de schrijfster twee tijdlijnen heeft uitgezet. Enerzijds de zoektocht van nu, anderzijds de geschiedenis van een familie die er generaties lang woonde. De auteur geeft een boeiend beeld van een vrij onbekende geschiedenis. Zie a.i.'s deze week voor de Nederlandse vertaling.