Klein Konijn gaat alleen op reis met de trein. In het begin vindt hij dat eng, maar bij elk station stappen er nieuwe dieren in en ieder dier heeft wel wat te vertellen over zijn reisdoel of over wat er met hem aan de hand is. Zo maakt hij kennis met Big, de broertjes Pinguïn, Giraf, mevrouw Nijlpaard en Muis. De een moet naar de dokter, de ander wil een taart gaan kopen en weer een ander is op zoek naar nieuwe schoenen. Klein Konijn kijkt zijn ogen uit naar de stations, andere treinen, het landschap, de meereizende dieren, en luistert naar het prachtige geluid van de voortrazende trein: 'Tsjoeke - BONK, tsjoeke - BONK, tsjoeke - BONK.' Na afloop van de reis staat moeder Klein Konijn weer op te wachten bij het station. In dit vierkante, verhalende prentenboek gaan tekst en illustraties (met waterverf ingekleurde inkttekeningen) een ware symbiose aan. Hier en daar worden de vorm en de grootte van de drukletters aangepast aan de gebeurtenis. De tekst is lief en zit vol belevingswoorden; de illustraties zijn zacht en aansprekend en bieden tal van details. Een warm verhaal van een auteur die, evenals de illustratrice, haar sporen al ruimschoots verdiend heeft met tal van boeken voor volwassenen en kinderen. Vanaf ca. 4 jaar. Zie a.i.'s deze week voor een nieuw prentenboek van deze schrijver/illustrator: 'ABC-feest'.