Met een minimale tekst en een maximale uitbuiting van de bladspiegel worden in dit prentenboek twee aloude en tegelijkertijd actuele problemen aangesneden: dat van de schijnveiligheid in combinatie met de angst voor het onbekende. Midden tussen de pagina’s is op elke spread een muur getekend die twee zijden creëert: links de veilige kant, rechts de onveilige. Links komt een kleine ridder aanlopen met een ladder om een ontbrekend steentje in te metselen. Terwijl hij daarmee bezig is, ziet alleen de lezer dat het daar steeds verder onder water loopt. Rechts probeert een aantal ‘gevaarlijke dieren’ over de muur te komen, wat mislukt. Dan betreedt daar een reus het toneel en redt de ridder maar net van de verdrinkingsdood. De meervoudige moraal: schijnveiligheid bestaat, muren slechten doet ogen openen, en kan zelfs levensreddend werken. Waar volwassenen de neiging hebben deze boodschap al snel te vertalen naar politieke en maatschappelijke thema's, kunnen kinderen gewoon genieten van (de voorkennis in de illustraties van) het verhaal, en tegelijkertijd deze levenslessen onbewust oppikken. Vertaling van 'De muur in het midden van het boek'* (2019). Grappig, leerzaam en een in alle andere opzichten ook heerlijk genietbaar prentenboek (paperbackeditie) voor kinderen vanaf ca. 4 jaar.

*2019-10-4190 (2019/31).