Beer is altijd te laat. Hij staat te laat op, mist de bus, is te laat op school en heeft honger omdat hij te laat is voor het eten. Alles gaat elke dag mis. Totdat hij leert klokkijken. Beer plant alles en heeft ineens veel tijd om andere dingen te doen. Hij leert instrumenten bespelen, helpt in de zoo, sport, danst en nog veel meer. Hij heeft het zo druk dat hij instort en rust moet nemen. De moraal van dit verhaal in de vorm van een prentvertelling is verpakt in grappige, overdreven situaties waardoor het er niet al te dik bovenop ligt. Door het grote formaat van het boek en de speelse, mooi verzorgde vormgeving komen de talrijke, gevarieerde tekeningen goed tot zijn recht. Ze zijn opgezet in stevige zwarte lijnen en deels ingekleurd in vooral fel oranje, geel en turquoise. Het lettertype is groot en vetgedrukt, het papier opvallend stroef. Het Vlaamse taalgebruik zal Nederlandse kinderen soms wat vreemd in de oren klinken, maar is zeker begrijpelijk. Op twee dubbele pagina's wordt klokkijken uitgelegd. De wijzerplaat wordt beschouwd als pizza, wat op zich leuk gevonden is, maar de stappen zijn zo groot dat de doelgroep al snel het spoor bijster zal zijn. Toch doet dat weinig afbreuk aan het leuke verhaal. Vanaf ca. 5 t/m 8 jaar.