Dit met de Wilhem-Raabe Literaturpreis 2018 bekroond en kritisch geprezen boek van de Duitse schrijfster/vormgeefster (1980, Der Hals der Giraffe/De lessen van mevrouw Lohmark, 2011) is een essayistisch-romaneske verhandeling van een twaalftal zaken die in de wereldgeschiedenis verloren zijn gegaan, zoals onder meer de Kaspische tijger, een schilderij van Caspar David Friedrich of een in een Zwitsers bos aangelegde (o.m. erotische) encyclopedie. Boven op de feiteninleiding brengt de auteur net als in eerder werk talig virtuoos via verhaal, essay en persoonlijk onderzoek het verloren gegane weer tot leven. Zo volgt bijvoorbeeld op de feiten rond het verdwenen filmdebuut van de Duitse regisseur F.W. Murnau het relaas van een door Manhattan dwalende bejaarde Greta Garbo. Net als W.G. Sebald (Austerlitz) slecht ze op boeiende wijze de grens tussen feit en fictie. Hierbij vermijdt ze knap sentiment of nostalgie. Knap en streng door haarzelf vormgegeven (ieder hoofdstuk telt 16 bladzijden), met symbolische bijna- zwarte foto-reproducties bij ieder onderwerp. Inclusief personenregister.