Max Portillo is een 28-jarige computerprogrammeur die steeds meer moeite krijgt met de manier waarop zijn bedrijf data over het computerverkeer van hun gebruikers verzamelt en verkoopt. Wanneer hij dat aan zijn chef vertelt, wordt hij prompt ontslagen, en meteen kan hij ook nergens anders meer aan werk komen. Als een kluizenaar-achtige internetmiljardair hem voorstelt om samen te proberen het internet menselijker en minder commercieel te maken, gaat Max daar graag in mee. Na verloop van tijd blijkt echter dat zijn mentor daarbij een eigen verborgen agenda heeft. Bezorgdheid om privacy en om wat de grote bedrijven met ‘Big Data’ doen is een bijzonder actueel onderwerp. Deze roman maakt daar een spannend en onderhoudend verhaal van, en het is duidelijk dat de auteur thuis is in de computerwereld, maar hij maakt het nergens nodeloos complex of onduidelijk. Bovendien biedt de plot in zowel hoofd- als zijlijnen én in personages meer dan voldoende om de aandacht ook zónder de actualiteit vast te houden. Spannend, leerzaam, goed geschreven, en met een stevig einde én een wijze les.