Abi (12) woont, sinds de dood van haar moeder, al tien jaar met haar vader Theo. Polly voedt in haar eentje haar zonen Max en Louis op. Nadat Theo en Polly verliefd op elkaar zijn geworden, huren ze een groot en koud huis dat is overwoekerd met klimop. Theo heeft een drukke baan en Polly moet voor haar werk langere tijd weg en dus zijn de kinderen vaak alleen. Abi accepteert haar nieuwe broers niet en vice versa. Na enige tijd doen zich vreemde verschijnselen voor. Abi leest een boek over de zee-expeditie Kon-Tiki en is dan opeens nat van het zeewater, Louis denkt dat hij een witte uil uit de klimop op visite krijgt, maar al gauw blijkt het een katachtige met het formaat van een gevaarlijke panter. Eerst gelooft niemand hem, tot Abi doorheeft hoe de groene magie werkt: de boeken komen deels tot leven. Door samen een oplossing te verzinnen komen zus en broers tot elkaar. De vaak gelauwerde Hilary McKay is niet bang om voor haar jonge lezers ingewikkelde zinnen te gebruiken. Met subtiele middelen schept ze ook deze keer weer een betoverende jeugdroman. Vanaf ca. 10 jaar.