Vier bontgekleurde papegaaien vragen juf Josje om naar de jungle in Zuid-Amerika te komen. De jungle wordt gekapt om plaats te maken voor hotels. De papegaaien hopen dat Superjuffie de bouw kan tegengaan. Juf Josje ziet het eigenlijk niet zitten, maar reist in de voorjaarsvakantie toch met vier van haar leerlingen de papegaaien achterna. Vijfde, los te lezen deel in de reeks over Superjuffie* die met een hap van een schoolbordkrijtje verandert in een dierenreddende superheld; ze kan vliegen, lang onder water zwemmen en met dieren praten. In elk deel staat een bepaalde problematiek rond dieren (jacht op olifanten) of natuur (plasticsoep) centraal. Ook dit deel is een wensvervullend, zeer fantasievol avonturenverhaal, met een prima opbouw en veel goedlopende dialogen. De nadruk ligt nu iets minder op de karaktertrekken van de vier kinderen, maar op de twijfel van Superjuffie. Ze weet niet wat ze in haar eentje tegen zo'n groot probleem moet beginnen. De vele zwart-witte lijntekeningen, ook nu weer van Annet Schaap, geven de emoties goed weer. Ze tonen sleutelscènes uit elk hoofdstuk en ondersteunen zo het verhaal. Vaak getipt door de Nederlandse Kinderjury. Voorlezen vanaf ca. 7 jaar, zelf lezen vanaf ca. 8 jaar. *'Superjuffie in de soep' (deel 4), 2013-47-2799 (2014/27).