In veertien knappe verhalen onderzoekt de auteur het falen van relaties tussen kinderen en ouders, geliefden, willekeurige ontmoetingen. In korte zinnen en levendige dialogen worden levensechte mensen neergezet en laat de auteur op overtuigende wijze zien dat angst, dood en verlies deel uitmaken van het leven, dat ondanks alles verder gaat. Daarom zijn de verhalen ook niet uitsluitend pessimistisch, maar krijgen ze juist door de overlevingskracht en de persistentie van de hoofdpersonen een hoopgevend einde. Zoals het titelverhaal, waarin de kinderen erop aandringen dat moeder een datum kiest voor haar euthanasie, terwijl moeder zelf nog lang niet van plan is om het leven vaarwel te zeggen. De hoofdpersonen van een verhaal krijgen allemaal een bijrol in een ander verhaal, waardoor niet alleen de levens van deze mensen, maar ook de verhalen zelf op subtiele manier met elkaar verweven zijn. De auteur (1974) schrijft toneelstukken en boeken voor zowel kinderen als volwassenen. Met haar werk voor kinderen won ze diverse prijzen. Verschillende verhalen verschenen eerder in Hollands Maandblad. Goede verhalenbundel die een breed lezerspubliek zal weten te boeien.