Het verzonnen groothertogdom Eponne doet denken aan Zwitserland met bergen, meren maar ook met financiële instellingen waar beslist wordt over de wereldmarkt. We zoemen in op de welgestelde stad Landvil, schilderachtig gelegen aan een meer. De gelauwerde buitenland-journalist Feron moet van zijn redacteur een asielzoeker in zijn behaaglijke huis opnemen om er een reportage van te maken. In een andere wijk komen enkele vrienden bij elkaar om te werken aan hun pamflet: Tegen de stroom ingaan, kritiek op de kapitalistische dwaasheid. Denk Piketty. Jerome, een van hen, snelt na afloop naar een hotel voor een rendez-vous met Sylvia, zijn minnares. Zij is leidinggevende maar heeft moeite om dit te combineren met haar leven als vrouw en moeder. Ze heeft een goede hulp in de huishouding, Semira, asielzoekster. In het idyllische decor brengt de schrijfster de personages tot leven: ieder ontrafelt de tegenstellingen in zijn bestaan. Zo zet de sympathieke Hossein het leven van Feron op zijn kop. Behalve romanschrijfster is Diane Meur een goede essayist, zij schrijft uiteindelijk het pamflet. Ze houdt ons met dit pamflet een spiegel voor waarin we de problemen duidelijk kunnen zien met de impact hiervan op onze privélevens.