De schrijfster (1966) publiceert met grote regelmaat vanaf 1992 romans die eigenzinnig, tegendraads en vaak wrang humoristisch zijn. Zij bezit een grote verbeeldingskracht. In deze roman geeft zij haar kijk op de figuur van Jezus die zij bewondert en wiens lijden haar altijd geïntrigeerd heeft. Zij laat hem zelf aan het woord voor èn na zijn kruisdood. Zijn gedachten over dorst in letterlijke en figuurlijke zin (titel), over liefde, lijden en dood zijn niet te vinden in het officiële evangelie. De diepzinnige beschouwingen worden helder in sober klassiek Frans verwoord. Geen lange uitweidingen. De levendige stijl maakt deze originele roman goed toegankelijk.