Door Vincent van Gogh tijdens zijn verblijf in Den Haag opgepikt en weer verlaten, door zijn erfgenamen verguisd en afgeschilderd als grof vuil, als minderwaardig voor de familie Van Gogh, blijkt de kortstondig partner en geliefd model van de schilder toch van een heel ander kaliber. Althans dat was ze naar de mening van Yves Saerens (1983). 'Zij is de enige die Vincent een gezinsleven heeft gegeven.' Al was dat gezinsleven slechts van korte duur. In zijn voorgenomen rehabilitatie van Sien weeft de auteur fictie en non-fictie door elkaar in de vorm van een dagboek. In dat verhaal vertelt Sien over haar leven en haar geschiedenis, vooral die met Vincent. Haar relaas over de voettocht van Den Haag naar Antwerpen is hartverscheurend maar ook hartverwarmend. Die reis - zeven dagen is zij onderweg - moet haar tocht naar vrijheid zijn, de weg naar een nieuwe toekomst. Het wordt gaandeweg echter een terugblik op haar verleden, op de komst en het verlies van haar kinderen en bovenal het verlies van Vincent. 'Ik heb hem pijn gedaan, evenals hij mij pijn heeft gedaan. Niet meer en niet minder.'