De roversfamilies Mattis en Borka zijn al eeuwenlang elkaars aartsvijanden. De respectievelijke dochter Ronja en zoon Birk wensen die traditie niet voort te zetten. Ze redden elkaars leven, verklaren zich broer en zus en verspelen daardoor (tijdelijk) de ouderlijke liefde. Door hun vasthoudendheid en overtuiging brengen ze de families tot elkaar. Een echt Lindgren-verhaal met angstwekkende vogelheksen en aardmannen, in balans gebracht door de liefde van de kinderen voor elkaar en voor de natuur. Niet-moraliserende symbolische boodschappen: geweld en grof taalgebruik zijn functioneel. Kinderen en dieren worden serieus genomen, hebben zelfbeschikkingsrecht en komen voor zichzelf op. Veel functionele zwarte pentekeningen, mysterieus en sprookjesachtig, die zowel actie als emoties vertolken. Achterin een korte biografie. Een zorgvuldig uitgevoerd, en vooral erg menselijk boek dat kinderen vanaf ca. 10 jaar nog altijd in de ban zal houden.