Pierre en zijn vrouw Claire zijn beide auteurs en redacteurs bij uitgeverij Epee . Zij lopen tegen de zestig en worden geconfronteerd met de veranderingen van Parijs. Stamkroegen verdwijnen, winkelstraten veranderen. In hun kennissenkring verdwijnen contacten doordat ze overlijden, of scheiden, of naar andere streken trekken. Hun beste vriend is Mathieu, een collega van hen, waarmee ze regelmatig contact hebben. Ze hebben een volwassen zoon, Edouard en een dochter Victoire, die hun eigen leven leiden. Pierre en Claire reizen veel, gaan veel uit en wonen bijeenkomsten met andere auteurs bij. Er wordt veel gedronken en oppervlakkig gepraat. Iedereen streeft naar de Prix de Goncourt, maar niemand in hun omgeving lukt het. Dit alles wordt vluchtig, in korte zinnen weergegeven. Niets wordt uitgewerkt. Er is veel herhaling. Het verhaal geeft impressies van het gebeuren maar geen karaktertekening van personen.