In haar vierde roman schetst Alderman (1974) een dystopische wereld waarin vrouwen de macht hebben. Door een antigifgasmedicijn gebruikt in de Tweede Wereldoorlog hebben ze een zenuwbundel ontwikkeld waarmee ze elektrische schokken kunnen toedienen. Opeens zijn vrouwen machtiger dan mannen en moeten mannen zich tegen hen beschermen. Hoofdpersonen zijn Allie, misbruikt pleegkind; Roxy, dochter van een criminele Britse familie; Margot, Amerikaanse burgemeester met oog op het presidentschap; en de jonge Nigeriaanse journalist Tunde die alles wil vastleggen. Zoals dat gaat met macht, loopt het uit op een apocalyps. Er komen een paar zeer wrede scènes in voor, die we omgekeerd kennen uit bijvoorbeeld Joegoslavië of Rwanda. Allie wordt de vereerde 'Mother Eve' en voortaan is niet meer de Zoon maar de Moeder focus van het geloof, iets waar orthodoxe gelovigen aanstoot aan kunnen nemen. Het spannende verhaal bevat illustraties van archeologische vondsten en een memo over gifgas. De stijl is levendig en beeldend, met rake observaties die lezers aan het denken zetten over man-vrouw-verhoudingen. Winnaar Bailey's Woman's Prize for Fiction 2017.