Twee jonge zwarte mensen - hij fotograaf, zij danseres - ontmoeten elkaar in een pub in Londen, en worden langzamerhand verliefd. Hun verhaal wordt verteld in de tweede persoon, waarbij "je" vaak alleen op de man slaat, maar soms ook op hen samen. Een naam krijgen ze geen van beiden, en dat heeft alles te maken met de thematiek, die vooral gaat over hoe het is om zwart te zijn in een niet-zwarte maatschappij, over bekeken worden maar niet gezien, om je lichaam gevuld te weten met de vooroordelen van anderen. In een poëtische taal die soms balanceert op het randje van melodrama, volgen we de gedachten en gevoelens van de jonge, van oorsprong Ghanese, man. We horen over zijn trauma's en verliezen, en hoe bang hij is om te breken, om open water te kiezen. Hoeveel hij ook houdt van de jonge danseres, het kost hem de grootste moeite om zijn reserves te laten varen. Het boek is een belangrijk literair document wat betreft de BLM-beweging, al kan bijna ieder mens zich identificeren met de gevoelens van objectificatie en uitsluiting. Het is Azumah Nelsons (1993) eerste roman en winnaar van de Costa First Novel Award 2021. Nelson is genomineerd voor The Sunday Times Young Writer of Year Award 2021.