Internationaal bekend handboek van de boeddhistische inzichtsmeditatie, geschreven door twee grote autoriteiten op dat gebied. De inzichtsmeditatie is het zwaartepunt van de boeddhistische training, dat begint met achtzaamheid (satipatthana) en via inzicht (vipassana) eindigt in de beëindiging van het lijden oftewel het ongeconditioneerde (nirvana). De auteurs, die verschillende hoofdstukken voor hun rekening nemen, presenteren in drie delen chronologisch het te volgen pad, waarbij de aspecten van inzicht steeds meer worden verfijnd en verdiept. Naast de hoofdwegen wordt echter ook gewezen op de dwaalwegen. De auteurs blijven niet alleen informatief, maar geven achter ieder subhoofdstuk tevens oefeningen om het geleerde in praktijk te brengen. Tegenover een heldere toon en stijl die op het westerse publiek zijn gericht, maken de auteurs zich nogal schuldig aan de opsommingen (de vijf spirituele krachten, de drie basiskenmerken enz.). Dit minpunt wordt verzacht door het feit dat dit een inherent kenmerk van de leringen van Boeddha is. Een must voor iedere beoefenaar van boeddhistische meditatie in het algemeen en voor de steeds groter wordende schare Europese beoefenaars van deze vorm in het bijzonder. Met woordenlijst, adressen en literatuuropgave. Ongewijzigde herdruk.