Waarom zie je de maan soms niet, soms heel klein en soms heel groot? Op een uiterst heldere, verhalende manier vertelt astroloog Chang-hoon Jung hoe de stand van de maan ten opzichte van de aarde en de zon voor verschillende maanfasen zorgt. Stuk voor stuk komen de verschillende fasen van de wassende en afnemende maan aan bod. Daarna legt de auteur uit hoe dit groeien en krimpen in zijn werk gaat. Aandacht is er vervolgens voor het ontstaan van eb en vloed en de maankalender. Het boek sluit af met een spread met andere weetjes over de maan, zoals over de eerste maanlanding, en eentje waarin de auteur iets meer uitlegt over de maankalender, die in Zuid-Korea nog belangrijk is. Daar speelt dit bijna vierkante boek zich af, zoals te zien is aan de illustraties. Die zijn bijzonder sfeervol geschilderd in donkere tinten met daaruit springend het licht van de maan. Bijna elke spread is voor meer dan de helft gevuld met een grote illustratie. Daarnaast staat de lopende tekst, aangevuld met kleine afbeeldingen met daarbij een verdiepende tekst. Een boek dat verheldert en verwondering wekt. Vanaf ca. 8 t/m 10 jaar.