Een jeugdroman over Dees en Douwe, die in hun zelfgemaakte duikboot door de tijd reizen. In dit boek komen ze boven water in de Oude Hollandse Waterlinie in het rampjaar 1672. Er zijn schuttersgilden, een kaper, en zelfs een Franse kolonel met een schatkist vol goud. Met hulp van de postduif Gerrit gaan Dees en Douwe op zoek naar deze schat, om die naar het kamp van de schutters te brengen.
Het boek is eenvoudig en onderhoudend geschreven. Voor jonge lezers met interesse in geschiedenis. Vanaf ca. 8 jaar.