De 15-jarige Nura (ik-figuur) woont met haar familie in het Syrische Aleppo. Als de bommen vlak bij hun huis inslaan, en ze daarnaast beseffen hoe kwetsbaar ze als christenen in deze burgeroorlog zijn, besluiten ze te vluchten. Dit verhaal beschrijft niet alleen de lange vluchtroute die ze moeten afleggen, met daarbij alle ellende van dien, maar ook de aankomst, ontvangst en ervaringen in Nederland. De schrijfstijl van dit ik-verhaal lijkt weinig op die van een 15-jarige tiener, daarvoor zijn de zinnen te netjes en het woordgebruik te belegen. Daarnaast is de verhaallijn nogal uitleggerig en beschrijvend. Mede hierdoor wordt de beschreven spanning amper voelbaar en ontbreekt de diepgang. Ook de voorspelbare gang van zaken en het erg wensvervullende slot werken niet mee. Als lezer zou je bijna wensen dat Nura wat meer een dwarse puber zou zijn. Hoewel het verhaal is geschreven voor een christelijk publiek wordt de moraal 'geloof in jezelf' krachtig uitgedragen. Daarnaast wekt het verbazing dat in de flaptekst een groot deel van de plot wordt weggegeven. De omslagfoto is aantrekkelijk en het onderwerp aansprekend, maar helaas valt de uitvoering tegen. Vanaf ca. 12 jaar.