De eigenaar van een boekhandel, die bij toeval in het bezit van een microfilm is gekomen, wordt door Russische spionnen ontvoerd en onder druk gezet de vindplaats van de microfilm te vertellen. Een goede vriend van de boekhandelaar weet hem, met hulp van de CIA, te bevrijden, waarmee de microfilm weer in vertrouwde handen komt. Dit stripverhaal speelt zich af in de Koude Oorlog, tegen het decor van het Brussel van eind jaren vijftig. De tekenaar kon daardoor tal van bekende locaties uit de Belgische hoofdstad weergeven, waarmee de strip zich vooral lijkt te richten op een wat ouder publiek dat de auto's en aankleding van die tijd hoog waardeert. De a-typische hoofdfiguur, een garage-eigenaar die zich vooral met bezigheden buiten zijn eigen zaak bezighoudt, past geheel in het film noir-genre dat de stripmakers beogen weer te geven.