In deze uitstekende psychologische thriller van de Engelse auteur (1975) is de 4-jarige Alice de spil waar alles om draait. Charlotte, een levendige gescheiden vrouw met drie kinderen is bevriend met de schuwe Harriët die getrouwd is met Brian en ze hebben een dochter, Alice. Charlotte zal Alice meenemen naar een schoolfeest samen met haar eigen kinderen. Dan is Alice opeens verdwenen en breek er paniek uit onder de aanwezige ouders. Een zoektocht levert niets op en de politie wordt ingeschakeld. Charlotte trekt het zich enorm aan. Ze krijgt in eerste instantie steun van haar vele vriendinnen, maar hoe langer Alice spoorloos blijft, hoe slechter de stemming wordt en Charlotte is uiteindelijk toch de gebeten hond. Harriët en Brian worden ondersteund door Angela, een familierechercheur. Heel knap wordt naar de climax toegewerkt, en de karaktertekening van de beide vrouwen is bijzonder goed. Afwisselend zijn deze twee aan het woord, in het verleden en in het heden, dat zich voornamelijk afspeelt op het politiebureau.