Het botert niet tussen de ouders van Ronnie (15). Ze drinken te veel en hun geruzie loopt vaak uit op agressie. Daarom moet hij voorlopig naar een pleeggezin. Daar kan Ronnie maar slecht wennen; alles is zo anders dan thuis, waar geen enkele regel en regelmaat was. Ook op zijn nieuwe school gaat het niet goed. Ronnie voelt zich eigenlijk door niemand gezien of gehoord en ook niet serieus genomen. Hij merkt dat er constant door anderen over hem wordt beslist, zonder dat hem zelf iets wordt gevraagd. Daar wordt hij op zijn beurt dwars van, zo dwars dat hij keer op keer zijn eigen glazen ingooit, totdat hij zijn laatste kans heeft verknoeid. Het verhaal is in een vlotte stijl en met veel en korte dialogen geschreven en heeft een wensvervullend slot. De auteur geeft veel aandacht aan de heen en weer schietende, veelal negatieve gedachtegangen en emoties van Ronnie. Als die een verkeringsvraag van een leuk meisje bijna afwijst omdat hij maar een pleegkind is, wordt het verhaal, waarin ook veel onnodig wordt uitgelegd, echter ongeloofwaardig. De winst van deze uitgave is dat die het begrip vergroot voor de moeilijke situatie waarin veel pleegkinderen zich bevinden. Het christelijk geloof komt op een vrij natuurlijke wijze aan de orde. Vanaf ca. 12 jaar.