Na de dood van haar moeder aan tuberculose wordt een jong meisje als dienstmeisje aangenomen bij een kinderloos boerenechtpaar. Ze vindt zich nog te jong voor vaste verkering, maar viert wel kermis met een aardige dorpsjongen. Haar afwijzing doet hem besluiten naar Indië af te reizen, niet wetend dat ze zwanger van hem is. Als ze in het kraambed sterft, wordt haar dochtertje Neeltje liefdevol als eigen kind op de Wilgenhoeve opgenomen. Als Neeltje later dreigt te worden uitgehuwelijkt aan een onmogelijke jongen van haar eigen stand, neemt ze, met haar grote liefde, maatregelen. De schrijver vindt steeds de inspiratie voor zijn boerenromans in zijn geboortestreek (rond Alphen aan den Rijn). Ook in deze keurig geschreven streekroman is de sfeertekening van ongecompliceerd dorpsleven van vroeger terug te vinden. Vooral oudere lezeressen die van familie- en streekromans houden zullen aan deze boerenroman plezier beleven.