Saskia en Juli gaan met hun eenjarige zoon Saul naar Canada, waar Saul voor het eerst zijn biologische vader Karl zal ontmoeten. Karls moeder is nieuwsgierig naar haar kleinzoon en zo vertrekken de vier naar een hippie-eiland dat de familie van Karl zich heeft toegeëigend. De afzondering van de buitenwereld, het familiegeheim van Karl en zijn dominante moeder, maken dat Saskia wil vluchten en er ontstaat spanning in haar relatie met Juli. Saskia voelt zich geen echte ouder, anders dan Juli die Saul negen maanden heeft gedragen. Zelfs Karl, die niet veel te maken wil hebben met zijn zoon, heeft door zijn zaad te donoren meer met Saul. Saskia schrijft al haar twijfels van zich af en pas nadat zij en Juli het geheim van Karl horen, is de spanning weg en weet Saskia hoe ze een goede moeder voor Saul kan zijn. Autobiografisch verhaal waarin de Vlaamse schrijfster openhartig vertelt over haar zoektocht naar moederschap bij een niet-biologisch kind. Speels met woorden, een mix van poëzie en worsteling. Een actueel thema dat ontroerend wordt beschreven vanuit een persoonlijk perspectief.