In een nieuwbouwwijk in de IJslandse hoofdstad Reykjavik wordt een menselijk bot gevonden. Het bot is afkomstig uit een nabij gelegen bouwput en hoort bij een lijk dat er al tientallen jaren schijnt te liggen. Rechercheur Erlendur en zijn collega's weten met hulp van archeologen en de stadsgeoloog de restanten van een menselijk lichaam vrij te leggen, dat misschien wel levend werd begraven. Een spannende zoektocht brengt de politie in de richting van vroegere bewoners van de buurt, waardoor een aantal gruwelijke feiten en gebeurtenissen komen bovendrijven - en dat terwijl Erlandurs dochter Eva Lind in een ziekenhuis voor haar leven vecht! Na 'Noorderveen'* is dit de tweede, uitstekend vertaalde policier van deze IJslandse auteur. Met zijn filosoferende, gescheiden rechercheur met persoonlijke problemen past hij zeker in het rijtje van Scandinavische auteurs als Stieg Larsson, Henning Mankell, Karin Fossum en Liza Marklund. Dat misdaad in de geïsoleerde IJslandse samenleving een heel bijzonder karakter heeft, maakt het lezen van deze roman heel aantrekkelijk! Vrij kleine druk. *2012-28-0774 (2013/03).