Als Rebecca Macklin bericht krijgt dat haar demente vader op straat zwerft terwijl zijn vrouw Hanna Beth na een beroerte in het ziekenhuis ligt, zit er niets anders op dan af te reizen naar het huis van haar jeugd. Sinds de scheiding van haar ouders heeft ze haar vader en zijn gezin niet meer gezien. Haar moeder heeft haar een eeuwig wantrouwen jegens mannen bijgebracht, wat ook in haar eigen huwelijk doorwerkt, al wil ze haar dochtertje een scheiding besparen. Hanna Beth maakt zich vreselijk zorgen om haar man en hun gehandicapte zoon want waar is hun vaste hulp gebleven? Ze kan haast nog niet praten dus ze kan het aan niemand vragen. Zij en Rebecca krijgen om en om een hoofdstuk en langzaam komen hun verhalen bij elkaar. Er wordt zoveel ellende over hen uitgestort dat een goede afloop bijna onmogelijk lijkt. De enige vrolijke noot is een rebelse medepatiënt, maar ook zijn leven blijkt tragisch, evenals dat van de twee verpleegsters van Hanna Beth. Een verhaal voor liefhebbers van ontroerende familieverhalen en het eerste boek in een serie over de Blue Sky Hill wijk in Dallas.