Twee broers groeien op in een Oost-Duits dorp, waar in de periode na de Wende alle bedrijvigheid verdwijnt. In een benauwende sfeer van achteruitgang, frustratie en vijandigheid jegens buitenlanders wordt de oudste broer gevoelig voor rechtsextremistisch gedachtengoed. De scheiding van de ouders versterkt de malaise en het gevoel in de steek te zijn gelaten. Een roman die sfeervol beschrijft wat op het Oostduitse platteland gebeurt, zonder al te expliciet politieke zondaars aan te wijzen. I.v.m. de opgelaaide volkswoede in Chemnitz, die vergelijkbare tendensen vertoonde, kreeg het boek in de zomer van 2018 veel aandacht. In betrekkelijk korte zinnen poëtisch geschreven. Vereist wel enige kennis van dan wel inlevingsvermogen in de Oost-Duitse actualiteit. Debuutroman van de Duitse auteur (1994).