Yasmin, een jonge dokter van Bengaalse ouders, is verloofd met Joe, ook een dokter, maar Engels. Tijdens een diner bij de moeder van Joe, een vrijgevochten, gescheiden feministe, thuis wordt de huwelijksceremonie besproken. Dan blijkt dat de twee culturen botsen, meningsverschillen, onbegrip en ruzies zijn het resultaat. Eigenlijk zijn er alleen "losers" in dit verhaal over racisme en religie. De vader van Yasmin, arts, houdt vast aan zijn normen en duldt geen tegenspraak. De moeder vertrekt naar het huis van Joe's moeder. Joe loopt bij een psychotherapeut vanwege zijn seksverslaving. Yasmin begint een relatie met een collega. De broer van Yasmin, Arif, maakt een meisje zwanger. Al deze personen wisselen elkaar af in de verhaallijn, doorspekt met medische hoofdstukken, die moeilijk te begrijpen zijn. In Engeland zijn de meningen over dit boek zeer positief: empathisch, gevoelig, maatschappelijke misstanden goed uitgelicht, maar auteur, zelf Bengaals/Engels wil teveel onrecht aan de kaak stellen. Voor hoogopgeleide lezers.