Een fraai uitgegeven boek over wiskundige logica en paradoxen. Dit oorspronkelijk in 2010 in het Spaans verschenen boek werd geschreven door de in Frankrijk werkzame wiskundige Javier Fresán. Het boek begint met de uitvinding van de Euclidische wiskunde, gaat dan in op de ontdekking van non-Euclidische wiskunde en verzamelingenleer, en loopt uit op een behandeling van een aantal paradoxen (onder andere de kappersparadox van Russell). Vervolgens worden in verschillende hoofdstukken de bijdragen van David Hilbert, Kurt Gödel (waarin ook zijn beroemde twee stellingen worden uitgelegd) en Alan Turing (de grondlegger van de hedendaagse computer) behandeld. Het boek eindigt met een beknopte bespreking van 'fuzzy logic' en het fenomeen emergentie. Populariserend werk van amper 150 pagina's met kleurenillustraties; geen eenvoudige lectuur. Anekdotes en pittige wiskundige verhandelingen wisselen elkaar af. Met name de komische intermezzo's en grappen komen (vermoedelijk vanwege de vertaling) niet echt uit de verf. Het op de cover genoemde voorwoord door Jerome Buzzi lijkt te ontbreken.