Veelgeprezen, epische familiegeschiedenis vertelt het verhaal van een Nijmeegse fabrikantenfamilie.
Vrolijke, onbesuisde fabrikantendochter Lily Dumont trouwt aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog met de degelijke, voorzichtige Béla en verhuist naar Boedapest. Daar draait Lily's leven eerst nog om zomerjurken, jaarlijkse feestdagen en jammerklachten over de dienstbode. Maar de moeilijke taal isoleert haar, het milieu van ambtenaren en juristen is heel anders dan het fabrikantenmilieu waar ze uit voortkomt en in Boedapest is ze niemand. Met groeiend heimwee kijkt ze uit naar de post. Wanneer haar grootste verlangen uiteindelijk in vervulling gaat, mag Lily korte tijd baas over haar eigen leven zijn, het middelpunt, de as van het wagenwiel, een vrouw die de gebeurtenissen naar haar karakter zet. Maar dan vallen de Duitsers en de Russen Hongarije binnen en moet ze in een belegerde stad leren zich te handhaven en te overleven. Andere delen van deze kroniek: 'De man met de hoed' en 'Vrouw in het Vogelhuis'. Pauline van de Ven ontving de Halewijn oeuvreprijs.