Van liefde of genegenheid is in het huwelijk van een jonge man en vrouw in Parijs al geen sprake meer als in de jaren zeventig hun enige dochter wordt geboren, die zij de wonderlijke naam Épicène geven. Van haar moeder krijgt zij alle zorg, liefde en aandacht, maar haar op status en aanzien gerichte vader negeert zijn dochter vooral, alsof hij haar bestaan wil ontkennen. Dat vervult de jonge Épicène met wrok en haat, wat uitmondt in een catastrofale wraakactie op haar vader. In dit gruwelijke verhaal rond monsterlijke patriarchale macht, spelen naast vertrouwde motieven als schaamte, haat en wreedheid ook vernietigingsdrang en overlevingskracht een cruciale rol. Korte scènes rond veelal symbolische situaties worden afgewisseld met snelle dialogen tussen personages, die met hun genderneutrale, soms vreemde namen vragen naar identiteit oproepen. Deze in Frankrijk gunstig ontvangen, kleine roman van de zeer productieve, gelauwerde Franstalige Belgische auteur (1966), lijkt het pendant te zijn van 'Frappe-toi le coeur'* (2017), waarin het draait om een zeer giftige moeder-dochterrelatie. *2018-41-3804 (2018/46).