Achtste boek van een zeer geliefd schrijfster (1966) wier boeken vertaald zijn in meerdere talen. Eerst volgt een uitleg over de titel. In hoeverre blijven we trouw aan iemand en aan onszelf? Tot hoever gaan we? Elk hoofdstuk heeft een voornaam. Hélène, Théo, Mathis et Cécile. Hélène is mentrix van de klas waarin Théo en Mathis zitten. Beiden zijn 13. Met de ouders van Théo is het hopeloos mis. Ze zijn gescheiden, zijn vader is werkloos, verwaarloost het huis en zichzelf. Hélène maakt zich zorgen over Théo die erg afwezig is tijdens de les. De schoolarts kan echter niets ontdekken. Cécile is de moeder van Mathis. Ze is in therapie en vooral bezig met zichzelf en haar man die dag en nacht computert. Mathis als eenling en Théo die respect afdwingt hebben aan een half woord genoeg. Onder de trap op school die naar de kantine leidt vinden de twee een schuilplaats om alcohol te drinken. Mathis laat zich overhalen door Théo om geld te stelen van zijn moeder. Een oudere leerling koopt de drank. De beklemmende sfeer sleept de lezer mee in dit actuele verhaal over pubers en drank. Zeer geschikt voor middelbare scholieren.