Stanislas Gélin krijgt op een avond een berichtje van Sara, die een overlijdensbericht heeft gezien van een naamgenoot van Stanislas, van nagenoeg dezelfde leeftijd. Stanislas en Sara zijn als tieners bevriend geweest, maar daaraan is een eind gekomen toen Sara naar Engeland vertrok voor haar laatste jaar op de middelbare school. Ze zijn nu veertigers. Stanislas is een wat saaie bankemployé, Sara is socioloog. Haar gedrag is wispelturig, soms ook riskant. Ze ondernemen samen allerlei ongewone uitstapjes. Het toeval, kans(berekening) en cijferfetisjisme spelen een belangrijke rol in de roman. Zo kabbelt het verhaal wat voort, onderbroken door flashbacks naar hun tienertijd. In het laatste hoofdstuk wordt duidelijk wat de oorzaak is van Sara’s onaangepaste gedrag. Een sympathieke liefdesroman, maar niet meer dan dat. Dit is de vierde roman van Sophie Astrabie (1988).