De jonge ridder Arthur begint zijn kruistocht (1202), maar merkt gaandeweg hoe idealisme vastloopt op politieke en commerciële belangen. Hij leert vragen te stellen over godsdiensttwist, rassenhaat, tolerantie, goed en kwaad en bovenal over liefde. Zijn van Merlijn verkregen zienersteen toont hem hoe het Arthurs Tafelronde verging. Dat biedt aanknopingspunten om te begrijpen wat er in zijn eigen leven gebeurt. Ook dit slotdeel van de trilogie 'Arthur' geeft in korte, flitsende hoofdstukken een kleurrijk beeld van de middeleeuwen en toont tevens hoe een mens langs dilemma's en struikelblokken zijn weg en verantwoordelijkheid in het leven moet ontdekken. Gecompliceerd, maar prachtig, soms ontroerend geschreven als het is, vraagt dit boek aandachtige lezers. Op de lichtgroene schutbladen staan twee verschillende kaarten van de streek; bevat kleine zwart-wittekeningen die de middeleeuwse sfeer benadrukken. Voorin is een lange lijst personages opgenomen, achterin staan een woordenlijst en een lijst met jaartallen. Vanaf ca. 13 jaar.