In Nieuw-Zeeland spelende roman over de intense en ontroerende relatie die ontstaat tussen een man, een vrouw en een klein jongetje. Kerewin, een artieste, ontmoet bij haar afgelegen huis aan het strand een klein jongetje dat alleen via gebarentaal of het geschreven woord kan communiceren. Al gauw leert ze ook zijn stiefvader kennen, met wie de jongen een vreemde haat-liefdeverhouding heeft, waarbij gewelduitbarstingen regelmatig voorkomen. Het is niet mogelijk dit geweldige boek recht te doen via een korte inhoudsbeschrijving, daar is het te complex voor. Menselijke verhoudingen, creativiteit, identiteitscrises (beide volwassenen zijn gedeeltelijk van Maori-afkomst), menselijk onvermogen, de Maori-cultuur en het land zelf spelen allemaal een belangrijke rol. Heel indrukwekkend, bijzonder en boeiend en in een directe en levendige stijl geschreven. Achterin een verklarende woordenlijst van de gebruikte Maoritermen. Bekroond met de Bookerprize 1985.