Dit boek volgt het spoor van de Italiaans-Nederlandse avonturier Rudy Truffino, die in de jaren vijftig langzaam vergroeid raakte met de Pemon-indianen in Venezuela. Samen met zijn Oostenrijkse vrouw Gerti en zijn drie dochters betrok Truffino een hut in één van de immense regenwouden van Venezuela, en zorgde ervoor dat een gebied van 30.000 vierkante kilometer tot Nationaal Park werd verklaard. Onrustig in zijn reizen en in de liefde, en getekend door een leven van ontberingen, sterft 'Jungle Rudy' in 1993. De bekende Nederlandse reisauteur Jan Brokken (1949) brengt het leven van 'het zwarte schaap' van de familie op een nuchtere maar tegelijk meeslepende wijze in kaart. Het boek groeit niet alleen uit tot een portret van een onrustige eenzaat, maar ook tot een evocatie van de jaren vijftig en van het Venezuela van nu. Brokken schrijft dat 'Jungle Rudy' een man was met romaneske eigenschappen, en dat komt in dit reisverhaal annex levensverhaal duidelijk naar voren. Zo lijkt het boek tussen fictie en feiten in te zweven, wat met een leven dat tot mythische proporties is uitgegroeid alleen een voordeel is. Daardoor kan 'Jungle Rudy' een bredere lezersschare aanspreken dan enkel liefhebbers van reisverhalen. Met foto's in zwart-wit en kaartje. Normale druk. Vrijwel ongewijzigde herdruk.