Jo Nesbo (1960) is een zeer succesvolle Noorse thriller-auteur die vooral bekend is van zijn boeken over de verlopen maar capabele rechercheur Harry Hole. Deze eerste verhalenbundel valt in twee delen uiteen. De eerste helft bevat realistische verhalen, over bijvoorbeeld een man die zijn tweelingbroer zou hebben vermoord, een taxichauffeur die zich afvraagt of zijn vrouw overspel pleegt met zijn baas, en een schrijver die over een alternatief leven droomt. In het tweede deel zitten sciencefictionachtige verhalen, bijvoorbeeld over een man die na een epidemie terreurbendes bestrijdt, een apparaat dat mensengeheugens kan wissen, en een jongen die in parallelle universums bestaat. Wat de verhalen gemeen hebben is dat ze zeer goed geschreven (of vertaald) zijn, dat de personages steeds knap tot leven komen, en dat ze bijna allemaal een sluwe Roald Dahl-achtige twist op het einde hebben. Een enkele keer is die twist voorspelbaar, maar meestal wordt de lezer op slimme wijze misleid, en bovendien zijn de verhalen zoals gezegd zó goed geschreven dat het leesplezier constant groot is. De Nederlandse vertaling* is CPNB-Geschenkboek voor de actie Zomerlezen 2021, door coronamaatregelen pas in november verschenen.

*2021-04-5309 (2021/44).