Eén van Nederlands grootste kunstschilders van de zeventiende eeuw, Jan Vermeer (1632-1675), wordt in dit boekje binnen het kader van Hollandse genreschilderkunst bekeken. Dit betekent dat zijn weinig omvangrijke werk regelmatig wordt vergeleken met dat van andere schilders. Na een hoofdstuk over de Delftse geschiedenis van de zeventiende eeuw worden eerst de vroege werken behandeld, daarna die van zijn 'rijpe' periode, waaronder 'Het Melkmeisje' en 'Het Gezicht op Delft', en tenslotte de late werken met onder andere twee allegorieën, 'De Geograaf' en 'De Astronoom'. Alle schilderijen zijn relatief klein in kleur afgedrukt en van redelijke kwaliteit, samen met vele details en vergelijkbare werken van collega's. Korte teksten in zes talen (Engels, Frans, Duits, Italiaans, Spaans, Nederlands) begeleiden de afbeeldingen. Het boekje in vierkant formaat wordt afgesloten door een kaart van Europa en de Verenigde Staten met de belangrijkste musea waar zijn werk wordt bewaard.