Ieber heeft een vogeltje gevangen. Hij wil het vogeltje dolgraag houden. Maar zijn vriend Knoert ziet hoe bang het beestje is en laat hem vrij. Verdrietig loopt Ieber terug naar de woongrot. Daar ziet hij de cactus van Knoert. Ieber besluit de cactus vrij te laten. Buiten graaft hij een kuil en zet de cactus erin. Nu is Knoert verdrietig. Wanneer Ieber later bij de cactus gaat kijken, zitten er allemaal gaten in. Wat er met de cactus van Knoert gebeurd? Ieber is bang dat de cactus door hem ziek is geworden. Als hij fluisterend aan Knoert bekent waar de cactus is gebleven, gaan ze samen kijken. Daar wacht een verrassing. Een leuk, aandoenlijk verhaal over twee grappige monstertjes, over vriendschap en natuur. Het taalgebruik is toegankelijk en eigentijds. Per twee pagina's zijn er circa drie zinnen tekst, waarvan een groot deel bestaat uit dialogen. Het verhaal is rijkelijk geïllustreerd met tekeningen die twee pagina's beslaan. De tekeningen hebben warme, diepe kleuren en ogen rustig. We zien Knoert, een groot harig bruin/blauw monster, en Ieber, een klein gestreept monster met een grote bos blauw haar om zijn kop. Op de achtergrond zien we een woestijnlandschap met de woongrot. Een leuk prentenboek met een fijn, verrassend einde. Vanaf ca. 4 jaar.