In hoeverre zijn wij een product van onze omgeving of van onze eigen dromen? Waarop berust de verbondenheid tussen twee partners, waarbij de een, naamloos en willoos, kan oplossen in de ander? Wie zijn wij eigenlijk? Dit filosofische debat nu beheerst de verhouding tussen Chantal, een vrouw in de overgang, en Jean-Marc, een tot zwerven neigende randfiguur. Hun blikken kruisen elkaar, vullen elkaar in, bedreigen elkaars identiteit. Ook in de vorm is het spanningsveld tussen werkelijkheid en droom gecopieerd: een geleidelijke overgang van een ogenschijnlijk realistische beleving naar ogenschijnlijk onsamenhangende gewaarwordingen. De treinreis naar Londen door de Kanaaltunnel functioneert dan als de oversteek van de Styx, met alle risico's vandien. Weer bekomen van alle nachtmerries en nadrukkelijke symboliek, is het nog maar de vraag of Chantal en Jean-Marc, wij mensen dus, 'de mooi aangeklede ellende' die het leven is, wel aankunnen. Een relatiecrisis met de eigen identiteit als inzet: niet bijster origineel, maar wel zeer essentieel. Normale druk.