Bij de eerste zin weet je al, dit is een begenadigd verteller. Drie woorden en het verhaal staat, zes en de personages leven. Tastbaar. Kenbaar. Uit het leven gegrepen. Aardige lui, rotzakken. Doorsnee mensen, aparte vogels. In dagelijkse situaties en magisch realistische tot volstrekt absurdistische en imaginair futuristische verhalen. Actueel en gefingeerd. In Amerika en over de grenzen. Je raakt betrokken, wil de afloop weten. Gaat niet gebeuren met alle open einden. Met opzet. Boyle (1948), wiens boeken prijs op prijs winnen, wil ons raken. Aan het denken zetten. Een spiegel van de maatschappij voorhouden. Problemen voorleggen. Met humor. Erudiet maar in de taal en de beelden van nu. Direct, grappig, lichtvoetig en heel serieus: het eerste Covid cruiseschip, hallucinogene schimmels die een naoorlogs Frans dorp platleggen, een asociale zoon die zijn baby weigert, een musicus aan de zijlijn, een schrijver die zijn biologische zoon ontmoet, mensen in een Big Brother-maatschappij, leven met kunstmatige intelligentie, getroubleerde jongeren die op klasgenoten gaan schieten, dierproeven. Literaire verhalen van een hoog niveau.