Smita Agarwal is onder druk van de gemeenschap in haar tienerjaren met haar familie verhuisd naar Amerika. Sindsdien heeft ze geen voet meer op Indiase bodem gezet. Nu is ze door haar vriendin naar een Indiaas dorp gestuurd om verslag te leggen van een rechtszaak. De jonge Meena is naar de rechter gegaan om haar broers aan te klagen. Die waren woedend dat zij, een hindoe, trouwde met en een kind verwachtte van een moslim. Om de eer van de familie te zuiveren, hebben zij haar man op wrede wijze vermoord en is Meena onherkenbaar door de brandwonden. Hoe meer Smita betrokken raakt bij Meena's verhaal, hoe meer ze wordt herinnerd aan haar schuldgevoel en de echte reden voor het vertrek van haar familie naar Amerika. Gelukkig wordt ze in haar reis vergezeld door Mohan, die haar beeld van India weer bijstuurt. Negende roman van Indiaas-Amerikaanse journaliste en romanschrijver waarin net als in voorgaande werken personen van verschillende achtergrond worden samengebracht en naar elkaar toe groeien in het kleurrijke, maar complexe India.